Lijfrente bij overlijden

Met een lijfrenteverzekering bouw je een kapitaal op dat dient als aanvulling op je pensioen. Je verzekeraar keert de bedragen uit totdat je overlijdt. Maar wat gebeurt er met je lijfrente als je overlijdt voordat je de ingelegde bedragen hebt ontvangen?

Dat hangt af van de overlijdensdekking. De meeste lijfrenteverzekeringen hebben geen standaard overlijdensdekking. Je nabestaanden ontvangen in dat geval niets als je overlijdt. Bij sommige verzekeraars kun je echter een overlijdensdekking afsluiten. Er is echter een belangrijk verschil tussen de overlijdensdekking van een lijfrente in de opbouwfase en de overlijdensdekking van een direct ingaande lijfrente.

Lijfrente overlijden opbouwfase

Tijdens de opbouwfase kun je kiezen uit de volgende overlijdensdekkingen:

• Een verzekering op één leven. Dit houdt in dat je geen overlijdensdekking afsluit en dat bij overlijden je opgebouwde kapitaal vervalt aan de verzekeraar.
• Een overlijdensdekking met koopsomrestitutie. Je nabestaanden ontvangen dan je ingelegde bedragen als je overlijdt.
• Een overlijdensdekking die je opgebouwde waarde voor een bepaald percentage, vaak 90 procent, uitkeert.
• Een zogenaamde gemengde overlijdensdekking, die het eindkapitaal uitkeert.

Bij de tweede, derde en vierde optie is er dus sprake van een overlijdensriscoverzekering. Houd er rekening mee dat een overlijdensrisicoverzekering kosten met zich meebrengt. Je betaalt natuurlijk meer naarmate de overlijdensdekking een hoger bedrag uitkeert.

Om bovenstaande mogelijkheden te verduidelijken, geven we een voorbeeld.

Lijfrente en overlijden – Direct ingaande lijfrente

Een direct ingaande lijfrente keert periodiek bedragen uit als je met pensioen bent. Ook hierbij kun je een overlijdensrisicoverzekering afsluiten en heb je vier verschillende overlijdensdekkingen, namelijk een uitkering:

• Op één leven. Als je overlijdt stopt de uitkering volledig en komt het resterende tegoed toe aan de verzekeraar.
• Met 70 procent overgang op de langstlevende. Overlijd je of overlijdt je partner, dan betaalt je verzekeraar 70 procent door aan de langstlevende partner.
• Met 70 procent overgang op de tweede verzekerde. Als je overlijdt, krijgt je partner 70 procent doorbetaald. Overlijdt je partner, dan gebeurt er niets en ontvangt de verzekerde de ‘gewone’ uitkering.
• Met 100 procent overgang op de tweede verzekerde. Als je overlijdt, keert de verzekeraar het resterende bedrag volledig uit aan je partner. Ook hierbij geldt dat in geval van overlijden van je partner je zelf de ‘gewone’ uitkering blijft ontvangen.

Let op: Hoe sterker de overlijdensdekking is, hoe lager de uitkeringen van de lijfrente zijn. Een lijfrente met een uitkering op één leven keert dus de hoogste periodieke bedragen uit, de uitkering met 100 procent overgang op de tweede verzekerde de laagste.

Uitkering lijfrente bij overlijden – Vergelijk aanbieders

Het is verstandig om de overlijdensdekkingen van lijfrenteverzekeringen goed met elkaar te vergelijken. Verzekeraars vermelden in offertes vaak een lage overlijdensdekking, zodat de uitkeringen hoger zijn. Kijk daarom niet alleen naar de hoogte van de uitkeringen, maar ook naar de aanvullende voorwaarden. Weet je niet of je een overlijdensdekking moet kiezen en indien ja, welke? Dan is het verstandig om contact op te nemen met een financieel adviseur.